Om de beleidsdoelen voor de ambitie te halen, hebben we deze vertaald in een aantal beleidsprestaties. Die staan hieronder beschreven.
Beleidsdoel 3-1 Schone en duurzame elektriciteitsvoorziening
Beleidsprestatie 3-1-1 Duurzaam en ruimtelijk passende elektriciteitsvoorziening
Welke maatregelen zien we en welke instrumenten zetten we daarbij in?
Conform de collegeafspraken zijn de inspanningen erop gericht een actieve bijdrage te leveren om opwekking van elektriciteit mogelijk te maken, met een goede inpassing binnen de provinciale ruimtelijke kaders en de afspraken in de regio’s.
- We voeren conform de nationale en provinciale zonneladder een stimulerend beleid op meervoudig ruimtegebruik in 2024 met voortzetting van de regeling Zonnig Zuid-Holland.
- Onze bijdrage aan opwekking van duurzame elektriciteit wordt waar nodig aangevuld met windenergie en innovatieve oplossingen passend binnen de afgesproken ruimtelijke kaders. De mogelijkheden voor duurzame elektriciteit zijn verankerd in het provinciale omgevingsbeleid.
- We werken samen met regio’s en gemeenten aan de realisatie van windlocaties die we in onze Omgevingsverordening ruimtelijk mogelijk hebben gemaakt. Daarnaast onderzoeken we samen met deze partijen de mogelijkheden voor windenergie op zoeklocaties uit de RES. Hiervoor zetten we geld en onze kennis in. Ook gaan we aan de slag om windturbines in Lansingerland mogelijk te maken, conform de afspraken in het coalitieakkoord.
- Samen met andere overheden en marktpartijen werken we aan meer circulaire wind- en zonne-energie. Onze sturing op besparing van elektriciteitsgebruik vindt plaats in de aanpak van de onderdelen gebouwde omgeving, industrie, landbouw en mobiliteit.
- Onze inzet is gericht op een zorgvuldige locatiekeuze en uitwerking van initiatieven van wind en zon met aandacht voor landschappelijke inpassing, biodiversiteit en koppeling met andere opgaven.
- Wij vinden urgentie, ambitie, haalbaarheid, betaalbaarheid en draagvlak voor energietransitie van groot belang. Wij zetten in op een fors aandeel lokaal eigenaarschap en ondersteunen de participatieprocessen voor de RES’en.
- Rondom bovenstaande thema’s werken wij aan leren en ontwikkelen in deze opgave, gericht op blijvende vergroting van de professionaliteit. Hiervoor verbinden wij partijen, door bijvoorbeeld kennisdelers te organiseren.
Beleidsprestatie 3-1-2 Samenwerken en bevorderen draagvlak in de energietransitie
Welke maatregelen zien we en welke instrumenten zetten we daarbij in?
Wij zetten ons in voor een inclusieve energietransitie en voor meerjarige goede samenwerking tussen lokale energie-initiatieven, gemeenten en bedrijven op lokaal en regionaal niveau.
- Wij werken samen met gemeenten, netbeheerders en andere stakeholders om zeven Regionale Energie Strategieën (RES'en) uit te voeren. In de RES bepalen partners samen op welke locaties wind- en zonne-energie wordt opgewekt en worden de zoekgebieden voor wind en/of zon uit de RES 1.0 verder uitgewerkt, rekening houdend met de impact op het netwerk en de kaders uit het omgevingsbeleid. In de RES’en worden ook het aanbod van warmtebronnen en warmtebehoefte aan elkaar gekoppeld. In 2021 is RES 1.0 afgerond in het bestuurlijke besluitvormingsproces, waarna de keuzes verwerkt worden in de herziening van het provinciale omgevingsbeleid (visie, programma en verordening). Waar nodig nemen we met onze partners de voorbereiding van de RES 2.0 Herijking ter hand en richten ons op de uitvoeringsprogramma’s van de RES’en.
- Wij ondersteunen het RES-proces met kennisontwikkeling, actieve kennisdeling en financiële bijdragen. Wij zetten ons in voor een langjarige samenwerking tussen de partners in het RES-proces en het participatieproces voor de RES’en.
- Wij ondersteunen gemeenten door actief kennis beschikbaar te stellen en kennisuitwisseling met elkaar en andere lokale stakeholders te organiseren. Wij ondersteunen gemeenten en lokale initiatieven bij het opstellen van lokale beleidskaders, zodat zij 50% lokaal eigendom kunnen realiseren.
- Wij stimuleren en bevorderen procesparticipatie en financiële participatie. Wij organiseren vanuit onze bovenregionale verantwoordelijkheid kennisontwikkeling en uitwisseling over participatie, om dit in een goede vorm in te kunnen zetten.
- Wij ondersteunen lokale energie-initiatieven, zoals energiecoöperaties en andere bewonersinitiatieven. Wij bevorderen mede-eigenaarschap bij besparing en opwekking van energie. Dat doen we middels opdrachten, en de subsidieregeling Lokale energie-initiatieven in Zuid-Holland. Daarnaast faciliteren we de ondersteuning van de energiecoöperaties en lokale initiatieven op provinciaal niveau, zodat de meer dan 100 initiatieven in Zuid-Holland van elkaars situatie kunnen leren en zij daardoor ook steeds meer in staat zijn meer en grotere projecten te ontwikkelen, en daarmee het streven naar lokaal eigendom waar te maken. Het projectbureau Energie Samen Zuid-Holland biedt die ondersteuning, bestaande uit toegang tot kennis en expertise, toegang tot financiering, kennisdeling en -ontwikkeling, en belangenbehartiging.
- Wij zetten ons actief in voor een inclusieve energietransitie, door deel te nemen aan het landelijk kennisprogramma Energiearmoede van TNO, door goede lokale voorbeelden en ‘best practices’ zichtbaar te maken en helpen opschalen, en door samen met gemeenten, lokale energie-initiatieven, woningcorporaties, welzijnsorganisaties, en andere belanghebbenden binnen gemeenschappen kennisdeling en -ontwikkeling te organiseren, zoals met een 'community of practice’. We evalueren de inzet op inclusieve energietransitie in 2020-2023; de uitkomsten van deze evaluatie verwachten we in het eerste kwartaal 2024 aan PS te zenden.
Beleidsdoel 3-2 Verduurzaming gebouwde omgeving
Beleidsprestatie 3-2-1 Faciliteren van gemeenten bij besparen en overschakelen op schone energie
Welke maatregelen zien we en welke instrumenten zetten we daarbij in?
De inzet is erop gericht bij te dragen aan de besparingsopgave en verduurzaming van de gebouwde omgeving: woningen, utiliteitsbouw, bedrijfspanden en -terreinen en glastuinbouw. Haalbaar en betaalbaar maken van oplossingen vormen hierbij het uitgangspunt.
- We bevorderen beschikbaarheid en gebruik van financiële fondsen en adviseren over het aantrekken van externe financiering voor business cases/initiatieven. We ontwikkelen samen met gemeenten instrumenten voor participatie en communicatie, in het bijzonder voor doelgroepen zoals VvE’s, bedrijventerreinen, monumenten, recreatieve sector en erfgoed.
- We geven uitvoering aan het ontzorgingsprogramma Maatschappelijk Vastgoed, waarmee gebouweigenaren worden ondersteund bij het maken van besparings- en verduurzamingsplannen.
- We ontwikkelen en beheren een overzicht van de pijplijn van warmteprojecten in Zuid-Holland die wij in samenwerking met de projecteigenaren verbinden met kansrijke financieringsfondsen en -instrumenten.
- We organiseren bijeenkomsten voor actieve kennisdeling met gemeenten als belangrijkste doelgroep. We verkennen de mogelijkheden in (aanpassing van) wet- en regelgeving om nieuwbouw in de gebouwde omgeving maximaal bij te laten dragen aan de duurzame energievoorziening.
- We dragen bij aan beleidsvorming en instrumenten voor energiebesparing en verduurzaming van bedrijfsterreinen en bevorderen bijpassende projecten. We betrekken hierbij de gemeenten en omgevingsdiensten en de kennis bij hen over wet- en regelgeving op het gebied van energiebesparing en verduurzaming.
- Om grootschalige energiebesparingsprojecten uitvoerbaar te houden binnen de kaders van de Wet Natuurbescherming bevorderen we in samenspraak met de omgevingsdiensten de inzet van Soorten Management Plannen.
- We ondersteunen (collectieve) lokale warmteprojecten door energiecoöperaties en woningcorporaties.
Beleidsprestatie 3-2-2 Bevorderen duurzame verwarmingsvoorziening
- .Welke maatregelen zien we en welke instrumenten zetten we daarbij in?
- De inspanningen zijn erop gericht duurzame warmteoplossingen en -systemen haalbaar te maken voor de gebouwde omgeving op regio- wijk- en buurtniveau en bij te dragen aan duurzame warmteoplossingen voor de glastuinbouw. We stimuleren het aanbod van warmtebronnen (geothermie, zonthermie, aquathermie en beschikbare restwarmte) door (potentie/systeem) studies, onderzoek, monitoring, data- en rekentools, ontwikkeling van instrumenten, ondersteuning van kennisontwikkeling, innovatie en lobby voor geschikte wet- en regelgeving.
- Voor geothermie ondersteunen we het Rijswijk Centre for Sustainable Geo-energy, de Energy Cave en de Geothermie ontwikkeling aan de TU Delft,
- We bevorderen de kansen met zonthermie.
- Voor aquathermie verkennen en verdiepen we de kennis en kansen in samenwerking met de waterschappen en gemeenten.
- Voor restwarmte brengen we het aanbod en verduurzamingspotentieel voor de korte en lange termijn beter in beeld.
- We voeren samen met gemeenten het Duurzame WijkWarmteprogramma uit met Europese Elena-middelen voor planvorming van 10 warmteprojecten in 9 gemeenten. Vanaf 1 oktober 2020 hebben we ons hard gemaakt om een warmtenet via het programma Duurzame Wijkwarmte Zuid-Holland in deze gemeenten mogelijk te maken. Dit project loopt in 2024 nog door.
- We wenden middelen uit het Kansen voor West (KvW) programma aan voor de realisatie van warmteprojecten.
- We ondersteunen door innovatieve oplossingen te ontwikkelen voor warmte-seizoensopslag.
- Via het provinciale omgevingsbeleid bevorderen we passende keuzes voor warmtebronnen aan de hand van het provinciale Afwegingskader Warmtekeuze.
- Aan de hand van het Afwegingskader zetten we in op passende energiebesparing die aansluit bij de kenmerken van de duurzame warmtebron uit oogpunt van de laagste (maatschappelijke) kosten.
- We werken samen met de glastuinbouw aan de uitvoering van het Energieakkoord Greenport West-Holland om de klimaatdoelstellingen voor de sector te halen. We ondersteunen coöperaties van ondernemers en bevorderen de verbinding en onderlinge optimalisatie van de warmtevoorziening met de gebouwde omgeving onder meer door ontwikkeling van integrale warmtesystemen.
- We verkennen een passende aanpak voor de koudevoorziening in samenhang met de inzet op klimaatadaptatie en warmtesystemen.
- We stellen subsidie beschikbaar aan Gasunie voor de aanleg van de warmteleiding WarmtelinQ Rijswijk-Leiden (WLQ+). Hiermee ondersteunen we de energietransitie in de Leidse regio en aanliggende gemeenten en dragen we bij aan de realisatie van een robuust en open warmtetransportnet in Zuid-Holland.
- Vanuit onze rol als bevoegd gezag stellen we een provinciaal inpassingsplan open wordt een MER-procedure doorlopen voor WarmtelinQ (WLQ+) waarmee we de ruimtelijke inpassing en de aanleg van de warmteleiding mogelijk maken.
- We ondersteunen gemeenten en samenwerkingspartners bij het proces om bovenlokale warmtesystemen te ontwikkelen. De ondersteuning is gericht op organiseren, adviseren, verbinden en aanjagen, zodat plannen voor warmtenetten verder komen en gerealiseerd worden.
- We verkennen en ontwikkelen het beheer en de provinciale rol bij de ontwikkeling en realisatie van bovenlokale warmtesystemen, rekening houdend met het uitgangspunt van publieke borging zoals dat ontwikkeld wordt in nationale regelgeving (Wet collectieve warmtevoorziening).
Beleidsdoel 3-3 Duurzaam energie- en grondstoffensysteem in de industrie
Beleidsprestatie 3-3-1 Verhogen energie efficiëntie en mede ontwikkelen energie infrastructuur
Welke maatregelen zien we en welke instrumenten zetten we daarbij in?
De inspanningen zijn erop gericht bij te dragen aan de ontwikkeling binnen de industrie om energie te besparen, CO2 af te vangen en te hergebruiken en bij te dragen aan de realisatie van een toekomstbestendige energie-infrastructuur voor de industrie (en aanpalende sectoren). Daarnaast bevat deze beleidsprestatie activiteiten die bijdragen aan verlaging van energiegebruik door de industrie. Belangrijke randvoorwaarde hierbij is de beschikbaarheid van voldoende energie-infrastructuur (waar mogelijk op basis van ‘open access’) voor bijvoorbeeld warmte/stoom, (groene) waterstof, duurzaam opgewekte elektriciteit en CO2. Hierbij worden eigen middelen ingezet naast benutting van middelen uit Europese programma’s.
De provincie draagt hier op de volgende wijze aan bij:
- Door inzet van het wettelijk VTH-instrumentarium (voor ambtshalve actualisatie van vergunningen en intensivering van het toezicht op energiebesparing bij niet-ETS bedrijven (Emission Trade System). Door bedrijven (via de Omgevingsdiensten) proactief te informeren over mogelijkheden van energiebesparing en CO 2 -emissiereductie die verder gaan dan de bestaande regelgeving.
- Door samen met Deltalinqs te werken aan systeemgerichte energiebesparing bij de industrie, via energie-innovatiestudies. Daar waar mogelijk en passend binnen het beleid ondersteunen we verder het Deltalinqs Climate Program waarin wordt samengewerkt op het gebied van de grondstoffentransitie en human capital.
- Door via de programmatische aanpak regionale energie infrastructuur het provinciale meerjarenprogramma infrastructuur energie en klimaat (pMIEK) in te richten voor projecten van provinciaal belang. Dit als vervolg op het landelijk MIEK dat is opgebouwd uit de projecten van nationaal belang uit de Cluster Energie Strategie (CES). Daarnaast worden innovaties van slimme energiesystemen en opslag gestimuleerd via de regeling planvorming verduurzaming bedrijventerreinen (Ambitie 4).
- Door via een subsidie bij te dragen aan de aanleg van het Stoomnetwerk Botlek. De subsidie is begin 2022 verleend en de uitvoering van het project loopt tot en met 2024. De verwachte CO2-emissiereductie van het project bedraagt 140 kton per jaar (en bij uitbreiding op termijn en volledige benutting 225 kton per jaar). Het gehele Stoomnetwerk Botlek levert een jaarlijkse NOx besparing op van 126.000 kg.
- Door via de subsidieregeling energie-infrastructuur op industrieterreinen bedrijven te helpen bij het overschakelen naar duurzame energie, zoals restwarmte en waterstof. Het gaat hierbij om kleinschalige, lokale infrastructuur (en dus niet om grootschalige regionale of landelijke projecten).
- Via het Just Transition Fund (JTF) komt er voor de regio Groot Rijnmond voor de periode 2022 tot en met 2029 een bedrag van ruim € 60 mln beschikbaar voor projecten die bijdragen aan de realisatie van nieuwe, duurzame industriële ketens, het decarboniseren van bestaande industriële ketens en het oplossen van hieraan gerelateerde knelpunten in de arbeidsmarkt. De provincie draagt met andere betrokkenen bij aan de uitvoeringskosten van het JTF gedurende de uitvoeringsperiode (tot en met 2029). Het gaat om een bedrag van € 1,1 mln. Dekking hiervoor is gevonden binnen Beleidsprestatie 3-3-1. Het zwaartepunt van de JTF-openstellingen zal naar verwachting liggen in 2023 en 2024. In 2024 zal er naar verwachting een bedrag van ongeveer € 22 mln beschikt kunnen worden.
Beleidsprestatie 3-3-2 Vernieuwen en innoveren van het energie- en grondstoffen (eco-)systeem
Welke maatregelen zien we en welke instrumenten zetten we daarbij in?
Onze inspanningen zijn gericht op de ontwikkeling van duurzaam opgewekte elektriciteit en CO2 -vrije energiebronnen en -dragers, zoals het gebruik van groene waterstof en stoom. Wij dragen bij aan besparing en vermindering van het gebruik van fossiele grondstoffen door de ontwikkeling naar een circulaire industrie te stimuleren. Deze beleidsprestatie richt zich op activiteiten die bijdragen aan de groei van het gebruik van duurzaam opgewekte energie en circulair gebruik van grondstoffen door de industrie. Hierbij hebben we aandacht voor technische, systematische en institutionele innovaties en bijeenbrengen van het ecosysteem, met betrokkenheid van niet alleen de industrie, maar bijvoorbeeld ook van het mkb (midden- en kleinbedrijf), startups, kennisinstellingen en medeoverheden. Hierbij worden eigen middelen ingezet, naast benutting van middelen uit Europese programma’s.
De provincie draagt hier op de volgende wijze aan bij:
- Door via het Kansen voor West 3-programma bij te dragen aan initiatieven die reststromen (uit bijvoorbeeld afval, biomassa) verwerken tot nuttige grond- en brandstoffen. In 2022 is hiervoor een openstelling geweest (samen met de gemeente Rotterdam). De beschikte projecten worden ook in 2024 uitgevoerd.
- Door bij te dragen aan en te participeren in het netwerk Groene Chemie Nieuwe Economie (GCNE). Dit platform heeft tot doel om de transitie van chemie te versnellen. Ook andere provincies met een relatief groot industrieel cluster nemen deel.
- Door deel te nemen aan de taskforce circulair van de Economic Board Zuid-Holland. Deze taskforce ontwikkelt een regionale circulaire agenda met focus op de grondstoffentransitie op industriële schaal. Er is aandacht voor zowel technologische innovatie als voor randvoorwaarden zoals ruimte en regelgeving.
- Door inzet op groene waterstof, waarbij ook oog is voor kansen voor de maakindustrie. De provincie draagt bij aan onderzoeken, studies en events en helpt daarnaast regionale initiatieven te realiseren voor infrastructuur, gebruik en productie van waterstof. De provincie stimuleert innovaties door bij te dragen aan de oprichting van een ‘waterstof competence center’. Daarnaast worden innovaties gestimuleerd door bij te dragen aan het H2GO programma op Goeree- Overflakkee.
- Door ondersteuning te bieden bij de doorontwikkeling van bestaande field labs (op het gebied van bijvoorbeeld organisatie en locatie/benodigde infrastructuur).
- Door via onderzoek en inzet via het netwerk bij te dragen aan nieuwe ontwikkelingen op het gebied van ecosystemen, technische, institutionele, financiële én sociale innovatie en de cross-over tussen energie, circulariteit en digitalisering.