Bijlage 1 Toelichting Reserves

De provincie ontvangt jaarlijks via de provinciefondsuitkering middelen voor de openbaar vervoerconcessies, de stimulering en verduurzaming van mobiliteit en regionale infrastructurele projecten. Het jaarlijkse resultaat van de ontvangen bijdrage en de verantwoorde lasten wordt verrekend met de reserve.

De onttrekkingen worden bijgesteld met € 15,3 mln. De bijstellingen hebben betrekking op:

• Buurtbussen € 0,1 mln in verband met verhogen exploitatiebudget
• Concessie DMG € 0,4 mln in verband met uitvoeren amendement 578 inzake compensatie hanteren lage tarieven
• Waterbus € 1,3 mln in verband met de subsidiëring van de aanschaf en ingebruikname van een 2e ponton aan de Willemskade in Rotterdam
• Veer Maassluis-Rozenburg € 0,4 mln in verband met de afgesproken garantstelling inzake de minimale reizigersopbrengsten van de veerdienst en verantwoording onderhoudssubsidie uit 2021
• Diverse concessies € 9,7 mln in verband met de afgesproken bijdrage uit de reserve Mobiliteit ten behoeve van de structurele dekking van de prijsinflatie.
• Gedragsbeïnvloeding € 1,9 mln in verband met de herverdeling van het beschikbare budget over de diverse jaren
• Project HOV HWGO € 0,3 mln in verband de incidentele bijdrage aan dit project
• Kwaliteit OV € 0,4 mln in verband met het aanpassen van het subsidiebudget op basis van het aantal (te verwachten) aanvragen (overheveling uit 2023)
• Waterstofbussen € 0,5 mln in verband met de afgegeven subsidiebeschikking voor opname waterstofbussen in de dienstregeling
• Concessie DMG € 0,3 mln in verband met de kosten voor project- en procesbegeleiding nieuwe treinen MerwedeLingelijn.

De toevoegingen worden bijgesteld met € 9,2 mln. De bijstellingen hebben betrekking op:

• Waterbus € 0,1 mln in verband met hogere bijdrage gemeente Drechtsteden
• Sociale Veiligheid € 0,1 mln in verband met het aanpassen van het subsidiebudget op basis van het aantal (te verwachten) aanvragen (zie ook NJN2023)
• Infrastructuur duurzaam veilig € 0,7 mln in verband met het aanpassen van het subsidiebudget op basis van het aantal ( te verwachten) aanvragen (zie ook  NJN2023)
• Toegankelijkheid € 0,2 mln in verband met het aanpassen van het subsidiebudget op basis van het aantal (te verwachten) aanvragen (zie ook NJN2023)
• Regionale en Provinciale infrastructuur € 2,1 mln in verband met  met het aanpassen van het subsidiebudget op basis van het aantal (te verwachten) aanvragen (zie ook NJN2023)
• Impulsgelden € 1,5 mln in verband met jaarlijkse storting
• Onderhoud DRIS € -0,4 mln in verband met verhogen onderhoudsbudget
• Div.concessies € -1,5 mln in verband met eerdere besluiten om concessiebijdragen te verhogen.
• ROV € 0,1 mln in verband met aanvullende inkomsten naar aanleiding van nieuwe samenwerkingsovereenkomst
• Regionale & Provinciale (spoor)infrastructuur € 6,1 mln in verband met de dekking van deze projecten uit de voormalige BDU-middelen die in de reserve zijn gestort.
• Waterstoftankstation € 0,1 mln in verband met de verhuuropbrengst van het tankstation
• Waterstofbussen € 0,1 mln in verband met een juiste verdeling van de subsidiebijdrage over de diverse jaren confrom de subsidiebeschikking

De beklemde middelen uit de OVP BDU zijn conform aanwijzingen van het ministerie van I&W overgegaan naar de beklemde middelen reserve Mobiliteit. Ze worden ingezet voor infrastructurele projecten die in het verleden in zogenaamde bestedingsplannen zijn toegekend en nieuwe regionale mobiliteitsprojecten, toegekend onder de SRM. Hiernaast is een deel beklemd voor verduurzaming OV, impuls kwaliteit OV, tarievenverlaging en aan de indexatieafspraken die gemaakt zijn in het Heerenveenakkoord.

De omvang van de reserve bedraagt ultimo 2024 € 99,7 mln en neemt af tot een bedrag van € 83,2 mln per ultimo 2037.